Beleid inzake seksuele intimidatie en grensoverschrijdend gedrag
De landelijke sportbonden nemen seksuele intimidatie serieus. NOC*NSF heeft gedragsregels voor sportbegeleiders opgesteld. Deze regels worden door alle landelijk sportbonden onderschreven. Phido sluit zich hierbij aan en hanteert onderstaande door het NOC*NSF opgestelde gedragsregels.
Gedragsregels
- De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig voelt
- De begeleider onthoudt zich ervan de sporter te bejegenen opeen wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, en verder in het prive-leven van de sporter door te dringen dan nodig is voor het gezamenlijk gestelde doel.
- De begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of seksuele intimidatie tegenover de sporter.
- Seksuele handelingen en seksuele relatie tussen de begeleider en de jeugdige speler tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.
- De begeleider mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of de begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten.
- De begeleider onthoudt zich van seksueel getinte verbale intimiteiten.
- De begeleider zal tijdens training(stages) , wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en met de ruimte waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer.
- De begeleider heeft de plicht de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken, opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen.
- De begeleider zal de sporter geen (im)materieele vergoedingen geven met de kennelijke bedoelingen tegenprestatie te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen financieele beloning of geschenken van de sporter die in onevenredige verhouding tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering staan.
- De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken. Indien hij gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze regels zal hij de betreffende persoon daarop aanspreken.
- In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.
Vertrouwenscontactpersoon (VCP)
- De VCP is de binnen de organisatie aangewezen persoon bij wie een ieder die hetzij met grensoverschrijdend gedrag geconfronteerd is/wordt, danwel getuige is van grensoverschrijdend gedrag binnen de organisatie, dit gedrag aanhangig kan maken en daaromtrent kan klagen.
- De VCP biedt een luisterend oor en geeft raad en advies en verwijst door voor professionele hulp.
- De VCP betracht volledige geheimhouding en zal slechts in het belang en met toestemming van de klager, officieele instanties, de VCP bij NOC*NSF en eventueel bestuursleden van de organisatie van het hoogst noodzakelijke in kennis stellen.
- De VCP stimuleert en adviseert de organisatie en haar bestuur in het nemen van preventieve maatregelen.
- Bij de VCP kunnen naast de sporters, ook ouders, vrijwilligers, bestuursleden etc te rade gaan.
- Naast de VCP kunnen belanghebbende ook bij de VCP bij NOC*NSF te rade gaan.
- De VCP is opgeleid en houdt zijn/haar kennis en vaardigheden op peil door middel van het volgen van vervolg/opfriscursussen.
- De VCP binnen Phido is mevrouw Ellen Wieggers, lid van de vereniging; zij is telefonisch te bereiken op: 06 10489784
Begeleiders
Alle begeleiders en overige vrijwilligers dienen de gedragsregels te onderschrijven d.m.v. een schriftelijke verklaring. Begeleiders (trainers en ondersteuners) dienen elk jaar een Verklaring Omtrent Gedrag aan te vragen en aan het Bestuur te overhandigen. Overige vrijwilligers die te maken hebben met jeugdleden, dienen een keer (bij aanvang) een Verklaring Omtrent Gedrag aan te vragen en aan het Bestuur te overhandigen en vervolgens op verzoek van het Bestuur.